Cellen en weefsels van het lichaam
Het hele lichaam bestaat uit cellen. Een verzameling van cellen met dezelfde functies vormen een weefsel en uiteindelijk een orgaan. In deze special kan men de functies van cellen bestuderen. Er bestaan vier weefsels; epitheelweefsel, spierweefsel, zenuwweefsel en bindweefsel.
Dierlijke cel
In het artikel de dierlijke cel staat beschreven wat de algemene functies van de cel zijn en welke organellen men in een dierlijke cel kan vinden.
Energiegebruik en metabolisme en genetische controle van eiwitsynthese
Elke cel heeft energie nodig om te kunnen functioneren. Deze energie produceert de cel vaak zelf. Energie is bijvoorbeeld nodig om eiwitten te maken. Eiwitten zijn de bouwstenen van de cel en zijn zeer belangrijk in het uitvoeren van celfuncties.
Mitose van cellen
Wanneer cellen groeien en op een gegeven moment te groot zijn, gaan cellen delen. In dit artikel staat beschreven hoe dat proces in zijn werk gaat.
In deze special zijn ook artikelen te vinden die de verschillende celtypen beschrijven. Ook is beschreven welke organen men in de buikholte kan vinden. Tevens is beschreven wat karakteristieken van weefsels zijn en worden kort de eigenschappen van epitheelweefsel beschreven.
Enkele termen die beschreven worden in de toegevoegde artikelen
- Cel
- Cytoplasma
- Mitochondrie
- Celkern
- Nucleus
- Lysozym
- Golgi-apparaat
- Endoplasmatisch Reticulum
- ATP
- ADP
- Eiwitsynthese
- DNA
- mRNA
- tRNA
- Ribosoom
- Celdeling
- Mitose
- Anafase
- Profase
- Metafase
- Telofase
- Metabolisme
- Glycolyse
- Citroenzuurcyclus
- Epitheelweefsel
- Simpel epitheelweefsel
- Gestratificeerd epitheelweefsel
- Pseudogestratificeerd epitheelweefsel
- Bindweefsel
- Proteoglycanen
- GAG
- Klieren
- Endocrien
- Exocrien
- Erythrocyt
- Neuron